van-p-naar-r.reismee.nl

Komt goed!

Wat is dat toch- in het gewone dagelijks leven komt, ondanks de clichématige bezweringsformule ‘ komt allemaal goed’, helemaal niet altijd alles goed. In het pelgrimsbestaan echter is een steeds terugkomende ervaring (en dus meer dan een wens!) dat er altijd weer een oplossing is en het allemaal weer goed komt- lees de blogs er maar op na. Vandaag 23 km af te leggen, met in totaal 1000 m stijgen en zo’n 550 m dalen. Dat is al veel op zich, maar met een temperatuur van ver boven de 30 graden?! Vroeg op pad dus. In het begin, de eerste klimmen, gaat het goed, maar met het stijgen van de temperatuur wordt het zwaarder. Voor Bea is het een tour de force na dit zoveel jaar niet gedaan te hebben. Ook voor mij is het een zware tocht, door de hitte zwaarder dan de St Bernhard op. In rustig tempo stappen we voort. Gelukkig hebben we genoeg water bij ons. De laatste twee klimmen ‘doen ‘t hem’ , doordat we er bijna zijn, klimmen van de buitencategorie - mentaal gezien. We zijn boven, in Buonalbergo, nog 200 m naar het agriturismo. Maar waar? ‘ Non c’ é , zegt iemand , is er niet, 10 km verderop. Foutje van booking. We raken niet in paniek, drinken wat, leggen in de kroeg het probleem voor en er wordt gebeld. Dieci minuti, arrivo! Over 10 minuten komt ie. Ok, Italiaanse minuten, dus 20, maar we zijn geen kniesoren en kennen de Italiaanse tijdseenheden. We worden keurig opgehaald, meneer vh Agriturismorijdt zeer langzaam om de talloze gaten in de weg heen en brengt ons door een wonderschoon landschap naar zijn Agriturismo. En wat koel bier dan doet met een mens!!

Waarschijnlijk heeft hij de keuken opdracht gegeven alles uit de kast te halen wat Antipasti ( echt meervoud!!) betreft, want het is overdadig- en dan moet de primo nog komen! Overigens: morgen worden we teruggebracht naar Buonalbergo of naar Casalbore , ‘ é uquale’, maakt niet uit. Wat een ervaring!

Het komt echt altijd weer goed-weer ervaren we dat, voorbij alle oppervlakkige bezweringen;blijkbaar roept wandelpelgrimeren iets op bij mensen. Mille grazie, bij dezen.

Wandelaar, toerist of pelgrim?

Het is Domenica Pentecoste, Pinksterzondag. In de supermercato, zondag gewoon open in de morgen, wordt ons dan ook ‘buon Domenica’ gewenst. We zijn na een paar prachtige tochten in Benevento aangekomen, de stad die ouder is dan Rome ( aldus de B&B- mevrouw). Veel te zien hier, en weer met een heel ander karakter dan andere oude stadjes.Het landschap is prachtig, zo totaal anders dan verwacht- groen, vruchtbaar, glooiend. Het graan wordt langzamerhand geel, na het groen nog onder Rome, maar de bermbloemen kleuren het landschap nog wel steeds- vast niet lang meer, bij de toenemende hitte- 30+.

Nog steeds, net als in 2009 en 2017, worden we van ver toegezwaaid, worden ons twee, dé twee, basisvragen vh leven gesteld: dove andate, dove venite - waar ga je heen, waar kom je vandaan. Bravo, bravissimo - is ons deel! We realiseren ons dat wij dat met rugzakkers in Nederland niet doen- waarom niet eigenlijk? Het is zo mooi en de vriendelijkheid doet goed.

Bij het eten op het terras, eindelijk weer buiten, kijken we weer onze ogen uit. Afgezien van de als altijd bijzonder smaakvolle maaltijd, alleen daarom al zou ik ieder jaar dit soort reizen willen maken, is er zoveel om me over te verbazen. Borelingen, kleuters, tot ver na negenen op het terras. Ook zaken waar ik me in N. waarschijnlijk over zou ergeren. Een kleine opsomming. Bepaalde soort pasta is op; melk is op- geen koffie machiato dus; koffiemachine is stuk - waarschijnlijk al langer, hoe dan ook: geen koffie; rekening betalen per pin gaat niet: ‘ lijn doet het niet’; in restaurants: ‘ scusi, non c ‘ é’ - is er niet meer- we horen het vaak! Maakt niet uit - dit is Italië. Misschien zit daar voor een groot deel het wezen van pelgrimeren: laat je gewoonten, patronen, ergernissen, voorkeuren los en accepteer wat je aangereikt wordt. In 2017 was dat mijn motto- nu ben ik vakantieganger, toerist, maar dit element hebben we beide nog steeds. Wat ik destijds schreef: pelgrimeren is niet iets, het ontstaat - geldt wat mij betreft nog: ik kom in een ontvankelijker modus-anders dan twee jaar terug, maar toch. Ook als wandelaar kun je deze ervaringen opdoen, zeker, maar het op pad zijn lange tijd met minimum aan spullen doet is met je. Sta je daar open voor is het begin van pelgrimeren daar! Zonder dat zou je wel eens wandelaar of toerist kunnen blijven- ik probeer maar iets onder woorden te brengen.

Vanmorgen Benevento bezocht; in een kerkje uit 8e eeuw was een dienst gaande. We gaan naar binnen en dan begint het verwonderen en loslaten weer meteen. Was het nu chaotische devotie of devotionele chaos? We vielen binnen ah eind van een bepaald deel vd liturgie - priester deed vast zijn best, maar de telefoon was veel belangrijker, net als de binnenkomende andere ‘gasten’ die werden gezoend, van plastic stoeltjes voorzien etc. De responsies bij de formuliergebeden werden al rondspiedend naar bekenden meegepreveld. Mij besloop de banale gedachte: als mijn gehoor zondags dit doet kap ik er mee! Hier vind ik het geweldig. Het blijkt namelijk ( logisch op de geboortedag van de kerk, zoals Pinksteren wel wordt genoemd) dat vele kinderen eerste communie doen. Vandaar de vele aanwezigen en de weinig devotionele aandacht.Daarom is ieder op z’n paasbest (!), en komt binnen na het eerste deel vd dienst, mét preek die niemand interesseert. De communicantjes, in witte engelengewaden,treden binnen, een minuut na de laatste muzikant die zich snel een weg baant, naar het gitaartrio; de gemeente zingt onder gitaarbegeleiding een intochtshymne ( hartstikke vals) - en ondertussen komen nog steeds mensen binnen of verdwijnen weer - als wij. Aan de koffie tegenover slaan we het allemaal gaande: het in- en uitgaan blijft doorgaan, de kleren zijn steeds mooier en soms bij het hoerige af- kortom: fantastisch dit mee te maken. We kijken onze ogen uit - kan er nog een uur over schrijven. Ik zal het de lezer besparen.

Morgen een experiment: 6 uur op,7 uur op pad om een zware route niet in de brandende zon af te hoeven leggen.

Verder de Apenijnen in

Rustdagen waren in 2017 ook al zelden rustdagen, maar dagen met, laten we zeggen, verminderde activiteit. Zo ook in Cassino. ‘ s Morgens met de bus omhoog naar het beroemde klooster, samen met Kees. De architectuur van het complex is indrukwekkend. Het maakt weliswaar een ‘nieuwe’ indruk maar dat is begrijpelijk na de verwoesting in ‘44. De kerk daarentegen is te overdadig, zeker tegen de achtergrond van die in Casamari en Aquino. Daar, en bij de vele andere vaak al vervallen kerkjes die we tegenkwamen, komt bij mij onvermijdelijk die prachtige regel van de dichter C.O. Jellema boven over het kerkje in Fransum: ‘ van het uitblijvend antwoord de schrijn’. Die prachtige paradox wordt in te barokke kerken, ook in Montecassino, m.i ontkracht door teveel een antwoord (waarop?) te suggereren. Zie de foto’s om zelf te oordelen.

Tegen een uur weer naar beneden, was gedaan, gelezen, bijgeslapen en ‘ avonds met Kees weer gegeten.

Ondertussen wat verder gedacht over het vervolg vd reis. Bea plant meer dan ik, en soms komt dat goed uit. Ze heeft de route (lengte en profiel) geanalyseerd en komt met het voorstel een stukje de trein te nemen vanaf Mignano, om te lange etappes te mijden. Als pelgrim zou ik dat niet doen, nu vind ik dat verstandig: ik ben al heel blij hoe goed het gaat met Bea - en waarom forceren. Reis met trein gepland en aldus uitgevoerd- en het is gewoon leuk ! Het landschap trekt voorbij en je ziet het veranderen, net als het karakter vd de dorpjes: ze worden steeds meer slordig Italiaans, i.p. v keurig onderhouden middeleeuws. En tot ons beider verwondering: het is nog steeds groen en vruchtbaar. Pas na Benevento, in Puglia, zal dat misschien veranderen. Ook de taal wordt wat ‘dialectischer’ om zo te zeggen en de mensen zijn echt kleiner dan boven Rome.

Uitgestapt in Telese lopen we even naar Solopacca, waar we redelijk doorweekt aankomen: het is heet! Dus extra letten op de waterinname. Vanmorgen afscheid genomen van Kees die ook in hetzelfde Agriturisme overnachtte. Het was genoegelijk zo ‘s avonds elkaar weer te treffen bij de maaltijd en ervaringen te delen- als (expelgrim en nu vakantieganger. Het verschilt echt!

Eindelijk bovendien weer eens buiten gegeten- mijn voorzegging eerder komt uit denk ik: we gaan de regen en koelte nog missen! Morgen en overmorgen in 2 etappes naar Benevento, alwaar we een rustdag inlassen want het schijnt mooi te zijn.

Het is dan ook Pinksteren -dus geef de Geest tijd en gelegenheid neer te dalen?? want daarna schijnen we volgens Bea stevig aan de bak te moeten!

Tot de volgende keer. Salve


Naar Monte Cassino

Een zekere opluchting kunnen de B&B- meneren en mevrouwen niet verhelen als we op hun eerste vraag: parlate ‘l Italiano?antwoorden met: si, un poco. En vervolgens komt er een waterval. De eerlijkheid gebiedt: we zijn wel enigszins trots wat we na een week, en na 2 jaar geen Italiaans gesproken te hebben, kunnen. En vooral: het wordt ontzettend gewaardeerd dat we hun taal ‘ spreken’. Met Engels kom je niet ver hier, om het overdreven te zeggen. En ook onderweg: steeds weer worden we aangesproken in het Italiaans en als we idem antwoorden is het enthousiasme groot en met handdruk worden we weer op pad gestuurd. Elke keer weer verrast het ons.

Drie mooie wandeldagen hebben we gehad, mooi weer, mooie route, stadjes. En we ontmoetten een aardige pelgrim, Kees, die ons via ons blog op de site vd vereniging op het spoor kwam: ik heb je blog gelezen, zei hij bij de eerste ontmoeting zonder te wetenwie we zijn. Hij had gehoord dat er 2 Nederlanders voor hem zaten, ging zoeken op de site en de volgende dag zaten we in de berm te eten en wist hij wie we waren.

Vanmorgen in Aquino geweest, van Thomas van. Op thelogisch belangrijke bodem dus. De kerk uit de 11e eeuw bezocht waar hij gedoopt is en net als zaterdag in de abdijkerk: zo zou een kerk moeten zijn. Sober, zonder opsmuk, vol architectonische harmonie, geen kunst- het gebouw zelf is kunst- om letterlijk stil van te worden. Prachtig. Dat soort kerken doet iets met ons, zo merken we naderhand. Harmonie, stilte, iets ontastbaarsof zelfs transcendents - het roept toch 2017 in herinnering.

Verder heeft Aquino niet veel te bieden- je merkt dat al eerder overigens aan andere stadjes: het ligt/ze liggen in het strijdgebied van de slag om Monte Cassino in de eerste maanden van ‘44. Alle dorpjes waar we doorkomen en ook Cassino zelf heeft dat geraakt: het hart is er uit. Het is allemaal opgebouwd, op zich al knap, maar ....Ook dat maakt deel uit van de geschiedenis van dit land- we gaan het morgen bekijken in de Abdij zelf, maar wel met de bus.

In Cassino hebben we genoegelijk samen gegeten met Kees die we tegen kwamen en hebben ervaringen gedeeld over lopen, culturen, verschillen ertussen en deels hebben we dezelfde ervaring.

Tot slot: bij herhaling kom ik uit een bar na koffie ( of eind vd middag na bier/ wijn) en schud m’n hoofd: geen wonder dat dit land failliet gaat: € 2,50 voor bier/wijn en ‘gratis’ een bak pinda’s en chips. Maar over een paar jaar zullen we via ‘ Europa’ wel (moeten) bijlappen! Dus genieten we er nu maar van!

Ciao.

Te veel !

Vrouwen in, aldus de expert Bea, goedkope kunststofkleding; mannen in, aldus ervaringsdeskundige uit 50/60er jaren Bert, in zwarte gereformeerde slobberende ouderlingenpakken; ‘ zielige’ opgedirkte kinderen in pakjes, waarin je niet kunt/ mag spelen, maar gelukkig doen ze dat wel- Italiaanse ordinaire chic (of omgekeerd) en.... een rode Ferrari voor de deur. Kortom: waar we een onderkomen vinden vindt ook een Italiaanse Matrimoniale plaats. We kijken met een grote fles bier voor ons onze ogen uit. Enigszins deviant gedrag. Bea kan het orthopedagoog-zijn niet laten: bij de dreunende muziek heef ze oog voor een boreling : ‘ dat ze die geen oordopjes indoen’!

Er is zoveel te vertellen na twee dagen, ik weet niet waar te beginnen- bij het huwelijk dan maar. Dat is het grote verschil met de kampeervakanties tot een aantal jaren terug - lopen door dit prachtige land is je onderdompelen in hun cultuur en je verbazen. Zij waarschijnlijk netzo over ons als wij over hen.

Al die mensen die ons aanspreken, vol enthousiasme ( doe ik/ doen wij dat ook met rugzakers?) ; die oudere man die aan de bar onze koffie betaalt vanwege onze Camino; de Duitse/Italiaanse mevrouw die ons aanschiet: tedeschi non, Ollandesi? -,en ons eigenlijk een triest verhaal vertelt....waar te stoppen? De Heilige Trappen in Veroli, waar we als protestanten en Noorderlingen vol onbegrip naar kijken( boete doen door op de knieën naar boven te kruipen- we hadden het ook al in Rome gezien in 2009 en wat het met mensen deed!) tot we onder een wijntje/biertje het wat genuanceerder bezien: is het niet bijzonder dat gemeenschappen vroeger al rituelen en mechanismen bedachten om met persoonlijke schuldgevoelens en wat niet al om te gaan, de oorbiecht is er ook een voorbeeld van. Zeker voor alle kennis van psychologische mechanismen is dat opmerkelijk. Dat het ontaardt is wat anders, maar welke menselijke activiteit ontaardt niet, of kan niet ontaarden?

Ik houd op- de Champions Leaque finale begint- volgende keer meer, o.a over een kerk zoals een/ de kerk moet zijn- als gebouw wel te verstaan.

Het lopen door dit prachtige land gaat overigensgoed.

Tanti Saluti


Een land van tegenstellingen

Mijn vorige verhaal ging o. a over wat in de ethiek wordt genoemd de compenserende rechtvaardigheid: ontbrekende organisatorische vaardigheden gecompenseerd door wat anders. Een fraai staaltje daarvan kwamen we maandag tegen. De aangekondigde code oranje ( zwaar onweer) in ons loopgebied deed ons besluiten de bus te pakken. Kaartjes zijn normalerwijze te bekomen bij de kiosk, in dit geval nabij de fermata (halte). ‘ biglietta finito’ - kreeg ik als antwoord. Pardon?! Jawel, geen kaartjes meer, alleen nog in het dorp, dat met een zwaai ergens werd aangeduid. We besloten het erop te wagen, d.w.z : een beroep te doen op de compenserende rechtvaardigheid. In mijn beste Italiaans legde ik de situatie uit en met een zwijgend en even vermoeid gebaar nodigde de chauffeur ons uit plaats te nemen. Hij zal het wel gewend zijn. Zo, voor noppes naar het mooie plaatsje Artena, alwaar in het B&B ‘s avonds een buurvrouw geweldig kookt en we de volgende dag met een knuffel op pad worden gestuurd: buon passegatio.

Na verblijf in het middeleeuwse Anagni vandaag door een Italiaans landschap dat we niet kennen: groen, met vele bloeiende bloemen. Prachtig. We kennen het alleen zomers, droog, en anders mooi.

Hoe dan ook: het blijft een land van extremen naar mijn idee. Daarover vast meer een volgende keer.

In Anagni de, wat mij betreft, woordspeling van het jaar gezien. Een wijnbar annex restaurant heeft als motto: il gusto diVino. Wat een vondst! Te mooi om uit te leggen. Een goddelijke ingeving, laten we het daar op houden.

Net als twee jaar terug in Duitsland: de prijzen dalen, als teken van afnemende welvaart. En ik meen steeds meer donkere asielzoekers te zien, maar kan me vergissen.

We maken wat korte etappes en dat bevalt goed. Bea moet wennen aan dagen achter elkaar lopen maar is zeker niet ontevreden. Prima, niets hoeft, het is vakantie.Zo namen we een bus van acht km om een drukke weg te ontlopen, te link, om in Anagni te komen. Nu nog wat minder regen en meer zon/warmte.

Tot de volgende keer. Salve

Rome en verder

De dorpskerk en de molen liggen er rustig bij op de zonnige vroege donderdagmorgen. Dan- een paar uur later: chaos, dieselstank, de bus die zich door het verkeer wurmt, bekende plekjes, de taal die eerder muziek is dan taal, de prachtige basiliek Sta.Maria in Trastevere, kortom: we zijn in Rome. Wat is dat toch met deze stad - druk druk druk, maar ik geniet m’n tenen uit. Een fraai B&B in Trastevere waar we toch maar weer zijn neergestreken - die jonge, veel te drukke wijk, maar we weten gelukkig de rustige plekjes te vinden. Eerst morgen in de vakantiemodus geraken, dan op pad, de Francigena del Sud als vervolg van mijn en later onze reis van P naar R. Het is geen pelgrimage meer- gewoon op vakantie, maar wel met een rugzak vol herinneringen. Die thuislaten gaat niet, ze als criterium voor nu gebruiken al helemaal niet; dat is onterecht en wordt een teleurstelling. Doen we dus niet. We hoeven ook niet een bepaalde plek te halen, we zien wel hoever we komen en wat we eventueel per bus doen. Voor Bea is het spannend: kan ik, mijn lijf, het aan? De fysio heeft veel goeds gedaan, nu is het afwachten maar de busoptie geeft een rustig gevoel.

De dag in Rome is boven verwachting: rustig! Jazeker, rustig. We lopen een mooi stuk via deels onbekende straten, komen op de Campo die Fiori en Piazza Navona en zien nu pas hoe mooi ze zijn- zo moe waren we dus 2 jaar terug. En zie, daar zijn weer de geordende schoolklassen, hand in hand, op bezoek bij hun cultureel erfgoed. Prachtig steeds om dat te zien.

Zaterdag lopen we Rome uit, langs toeristische plekken en massa’s die, zo stel ik me voor, ons meewarig nakijken: die zijn gek! En nogwel op die leeftijd! Zeker, het is ook idioot, maar wel leuk idioot! De via appia antica is lang, druk befietst en bewandeld maar mooi. Ik herinner me de plaat op de lagere school: de via appia, een soort controlepost of zoiets met vrolijk witgeklede Romeinen- en nu lopen wij daar! De oude keien met wielsporen zijn dezelfde als op die plaat, maar ze lopen beroerd! Het is een lange streep door het landschap, die VA, en 25 km op de 1e dag is fors. In causa venum (geloof ik) zei men vroeger hier- het klopt: het venijn zit in de staart, met een stevige klim die Bea doet verzuchten: ik zit op de grens. Morgen, vandaag dus, staat 28 km gepland. Al lang hadden we besloten die op te delen en we boeken iets in Roca di Priora, na zo’n 10 km- geen keuze, want daarna is niets meer. Na weer de Italiaanse onvermogens om als B&Bgoed je spullen op orde te hebben en de vervolgens grote vriendelijkheid om die ontbrekende competentie te compenseren te hebben ervaren gaan we op pad. De aangekondigde regen blijft uit, maar niet lang. Cape en gamaschen om en niet klagen- dan moet je maar thuis blijven. Morgen de rest van etappe twee. We zitten in ieder geval alweer in de loopmodus, de andere structuur die zich als vanzelf aandient en dat is blijft bijzonder. Ciao


Epiloog

Ieder goed verhaal kent een passend slot. Ik ben ook toe aan een afronding. Enkele maanden geleden begon ik mijn verhaal met dat citaat van Bloch: der Reiz der Reise. Die Reiz, die aantrekkingskracht, zit wel daarin, dat je nooit weet wat de reis zal brengen - het doel is/was bekend, maar verder....? Je vult die deels zelf in, deels wordt die ingevuld door wat op je pad komt. Rome is bereikt. Het Testimonium dat ik de pelgrimage heb voltooid heb ik gisteren ontvangen in de kerk der Friezen (heeft, sorry Friezen, niets met Friezen in huidige zin te maken!) na overleg van het met stempels gevulde pelgrimspaspoort. Ik moet eerlijk bekennen: tot aan de StBernhard was dat leeg, ik vergat ze steeds, vond het onbelangrijk. Esther, met wie ik een tijdje liep, was daar alerter op en ik deed mee, zo vulde zich mijn paspoort toch redelijk en dus krijg ik het Bewijs. Maar het echte stempel zit ergens anders. De echte afronding is ook van andere orde. De laatste 2 weken kwam opeens een essay boven dat ik vorig jaar las , vooral een uitspraak daaruit die mij toen al trof: ‘ een wezen is vrij, als het in zijn element is’. We gebruiken dat woord element wel in de simpele betekenis als ‘je prettig voelen’, maar het is meer dan dat. Een vis voelt zich niet prettig in water- het is elementair voor de vis, het is wat fundamenteel bij hem hoort. Zo rondde zich mijn reis af met deze gedachte. Je denkt na, reist door je leven: wat heeft zich daarin als elementair betoond? Mijn verhalen in dit blog zijn er een afspiegeling van geweest, zonder dat ik het precies wist. Ze waren belangrijk, schreef ik, ze ordenen, schiften - en gaven zo aan wat elementair is voor mij. Gaandeweg werd dat steeds duidelijker.

Ik vond het frappant: aan het eind van de reis kwam dat citaat boven, toen pas; en het geeft perfect het kader aan van het voorgaande. De wereld van de letteren, de filosofie, de theologie de muziek en meer: dat is elementair voor me. Ik vatte het samen als de wereld van de geest, en ook de Geest. Ik ‘wist’ het al, als kind al las ik heel veel, nu viel het op z’n plek. De Reiz der Reise krijgt een ongedachte invulling. Iemand van jullie, een oud dispuutsgenoot uit mijn studententijd die bij toeval mijn blog tegenkwam, verwoordde het zo: je vindt, zonder te zoeken. Heel goed gezien en verwoord. Ik ging niet op pad om iets te zoeken, de Reiz bestond juist daarin dat ik dat niet deed. Zo heeft deze reis van mijn leven meer gebracht dan ik durfde hopen. Pelgrimeren wordt vaak gezien als afzien, als moeizaam voorttrekken, moeilijkheden overwinnen. Ik heb het ervaren als een vreugdevolle onderneming, in het volle besef geweldig veel geluk te hebben gehad: geen tegenslag, op een enkele blessure na in Limburg. Een vreugdevolle onderneming - dat was het, met elementaire (!) ervaringen.

Rest mij jullie allen te bedanken, met je hartverwarmende reacties, die me soms onbedaarlijk deden lachen of ook ontroeren. Jullie als lezers op de achtergrond waren belangrijk, ook diegenen die ik helemaal niet ken maar als (ex)medepelgrim mij volgden (zo herkende in de kerk van de Friezen gisteren Martin mij van de foto op mijn blog; een ander citeert me in haar blog); jullie werden steeds belangrijker: ik dacht veel na over wat te vertellen en hoe, want wat of wie ben je zonder de ander, je volgers? Ik onderschatte dat aanvankelijk, en schreef voor mezelf, maar dat verschoof wat naar jullie toe. En dan al die tientallen mensen die ik ontmoette, veelal met naam, vaak niet eens. Ze blijven deel uitmaken van mijn verhaal. Nooit genoemd bijvoorbeeld: een jonge vrouw uit een buitenwijk van Trier: ‘bitte, denken Sie noch mal aan mich, wenn Sie nach Rom kommen- ich heisse Petra’. Het werd me nog een paar keer gevraagd. Of gewoon de groet vanuit de auto, (we zien je wel, buon camino- wil het zeggen) - het is onvergetelijk.

Ondertussen ben ik van gedaante veranderd: toerist in Rome, en we genieten er van; doen alles lopend en dat gaat goed, ook met Bea. Donderdag vliegen we terug en ik zie er naar uit. Het was meer dan goed, een vreugdevolle onderneming. Ieder -bekend, onbekend: mille grazie vanuit de eeuwige stad.